Familie

Tijdens de taalstudie wordt als een van de eerste onderwerpen ‘de familie’ behandeld. Mijn leraar legt de woorden uit en wat me weer opvalt zijn de verschillende woorden voor oudere en jongere broer en oudere en jongere zus. Leeftijd is ook hier belangrijk en hoe je elkaar noemt en hoeveel rechten je hebt is afhankelijk van de plaats in de familie en je leeftijd. Een verschil van minuten kan belangrijk zijn.

Ik mag mijn familie introduceren en kan gelijk alle woorden oefenen aangezien ik als derde tussen broers en zussen ben geboren. Dan introduceert mijn leraar zijn familie, hij heeft een zus en zijn moeder leeft nog. Vervolgens geeft hij aan dat zijn vader in 1975 is overleden en zijn twee broers in 1976 zijn overleden.

Het valt mij direct op dat er drie in zijn familie in een korte tijd zijn overleden. Dan besef ik ook hoe zijn familieleden zijn overleden. Mijn woordenschat is te klein om hierover door te vragen en omdat ik hem nog maar een paar dagen ken, voel ik me nog niet vrij om er meer over te vragen. Maar ik heb gelezen en gehoord over wat zich hier veertig jaar geleden heeft afgespeeld, een drama dat met geen woorden is te beschrijven! Een kwart van de bevolking van dit land werd vermoord en gemarteld, de anderen werden gedwongen te vluchten en zijn verhongerd. Hier is een persoon die dat drama heeft meegemaakt, wiens halve familie slachtoffer is geworden.

Een persoon van wie ik een klein deel van zijn verhaal mag horen. Er zijn nog miljoenen anderen in dit land die ook soortgelijke verhalen over hun familie kunnen vertellen. Verdriet overvalt me, wat een gebroken land met zo veel gebroken mensen….